Maassluis  |  Geplaatst op 7 juni 2024

Column

Een turbulent burgemeesterschap

Door: Jan Booister

Nu er een nieuwe burgemeester aantreedt, kijken we terug in de tijd. Burgemeester Van Dijck (1956-1973) kunnen we gerust de meest omstreden naoorlogse eerste burger noemen. Hier volgen een paar opmerkelijke feiten uit zijn ambtsperiode. Het volledige verhaal, geschreven door Jan Booister, leest u in boekje ‘Historische Schetsen 84’ van de Historische Vereniging Maassluis (HVM).

In 1956 zoekt Maassluis ‘een forse figuur die van aanpakken en doorzetten weet’. De woningbouw moet krachtig ter hand worden genomen, de industrie wil uitbreiden en er moet een nieuwe haven komen. De verwachting is een groei naar 60.000 inwoners.

Zelfingenomen
Een van de eerste zaken die Van Dijck regelt als burgemeester is een salarisverhoging. Voor hemzelf. De reden is dat ‘de burgemeester niet gehinderd dient te worden door geldzorgen en hij in staat moet zijn de plaatselijke industriëlen van tijd tot tijd onbekrompen te ontvangen.’ Van Dijck toont zich een traditioneel bestuurder. Hij is vaak getooid met ambtsketting, pandjesjas en gestreepte broek. En jarenlang wordt hij amper tegengesproken.

Ambtswoning
In 1958 wordt een burgemeesterswoning gebouwd en Van Dijck bemoeit zich er zozeer mee dat er een conflict ontstaat waarvoor hij op het matje moet komen bij de minister van Binnenlandse Zaken. Hij krijgt een ernstige reprimande voor zijn zelfoverschatting. Jongeren protesteren tegen de bouw en eisen openstelling van de rest van het Vondelpark. Van Dijck vertelt hun dat daar geen sprake van is omdat er nog twee bungalows bijkomen. Dit blijkt later niet waar te zijn.
Sommige burgers van Maassluis noemt hij onomwonden ‘parasieten van de maatschappij’. Hij ligt overhoop met uiteenlopende organisaties als Rijkswaterstaat, de provincie en het Openbaar Lichaam Rijnmond. En de wethouders in ‘zijn’ college nemen hem op een bepaald moment zijn politieke portefeuilles af.
Bij een meningsverschil over financiën, in 1963, ontstaat een flinke botsing in het college. Naar verluidt hebben de wethouders en de burgemeester elkaar wekenlang niet gesproken. Het conflict leidt ertoe dat twee wethouders niet naar de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad komen.

Wasgoed
De burgemeester regelt in 1965 dat er een verbod komt om op zondag wasgoed buiten te hangen, zichtbaar vanaf de openbare weg. En in badkleding op het balkon zitten op de Dag des Heren mag ook niet. De plaatsing van de eerste condoomautomaat aan de openbare weg is volgens de Kiesvereniging GPV ‘een oproep tot hoererij’. Jongens en meisjes zwemmen nog gescheiden in het zwembad.
Van Dijck stelde in 1962 de erepenning van de gemeente in ‘om verdienstelijke ingezetenen te eren’. Hij krijgt zelf bij zijn afscheid in 1973 de eerste, gouden, onderscheiding.
Lees meer over burgemeester Van Dijck in het boekje Historische Schetsen 84.

Columns

Geplaatst op 22 mei 2024

Molen de Arend

Geplaatst op 8 april 2024

Monstersleeptocht in 1908

Geplaatst op 1 maart 2024

Bioscoop Luxor

Columns archief...

Maassluis  |  Geplaatst op 7 juni 2024

Column

Een turbulent burgemeesterschap

Door: Jan Booister

Nu er een nieuwe burgemeester aantreedt, kijken we terug in de tijd. Burgemeester Van Dijck (1956-1973) kunnen we gerust de meest omstreden naoorlogse eerste burger noemen. Hier volgen een paar opmerkelijke feiten uit zijn ambtsperiode. Het volledige verhaal, geschreven door Jan Booister, leest u in boekje ‘Historische Schetsen 84’ van de Historische Vereniging Maassluis (HVM).

In 1956 zoekt Maassluis ‘een forse figuur die van aanpakken en doorzetten weet’. De woningbouw moet krachtig ter hand worden genomen, de industrie wil uitbreiden en er moet een nieuwe haven komen. De verwachting is een groei naar 60.000 inwoners.

Zelfingenomen
Een van de eerste zaken die Van Dijck regelt als burgemeester is een salarisverhoging. Voor hemzelf. De reden is dat ‘de burgemeester niet gehinderd dient te worden door geldzorgen en hij in staat moet zijn de plaatselijke industriëlen van tijd tot tijd onbekrompen te ontvangen.’ Van Dijck toont zich een traditioneel bestuurder. Hij is vaak getooid met ambtsketting, pandjesjas en gestreepte broek. En jarenlang wordt hij amper tegengesproken.

Ambtswoning
In 1958 wordt een burgemeesterswoning gebouwd en Van Dijck bemoeit zich er zozeer mee dat er een conflict ontstaat waarvoor hij op het matje moet komen bij de minister van Binnenlandse Zaken. Hij krijgt een ernstige reprimande voor zijn zelfoverschatting. Jongeren protesteren tegen de bouw en eisen openstelling van de rest van het Vondelpark. Van Dijck vertelt hun dat daar geen sprake van is omdat er nog twee bungalows bijkomen. Dit blijkt later niet waar te zijn.
Sommige burgers van Maassluis noemt hij onomwonden ‘parasieten van de maatschappij’. Hij ligt overhoop met uiteenlopende organisaties als Rijkswaterstaat, de provincie en het Openbaar Lichaam Rijnmond. En de wethouders in ‘zijn’ college nemen hem op een bepaald moment zijn politieke portefeuilles af.
Bij een meningsverschil over financiën, in 1963, ontstaat een flinke botsing in het college. Naar verluidt hebben de wethouders en de burgemeester elkaar wekenlang niet gesproken. Het conflict leidt ertoe dat twee wethouders niet naar de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad komen.

Wasgoed
De burgemeester regelt in 1965 dat er een verbod komt om op zondag wasgoed buiten te hangen, zichtbaar vanaf de openbare weg. En in badkleding op het balkon zitten op de Dag des Heren mag ook niet. De plaatsing van de eerste condoomautomaat aan de openbare weg is volgens de Kiesvereniging GPV ‘een oproep tot hoererij’. Jongens en meisjes zwemmen nog gescheiden in het zwembad.
Van Dijck stelde in 1962 de erepenning van de gemeente in ‘om verdienstelijke ingezetenen te eren’. Hij krijgt zelf bij zijn afscheid in 1973 de eerste, gouden, onderscheiding.
Lees meer over burgemeester Van Dijck in het boekje Historische Schetsen 84.